De uitgaven in programma 5 worden voor belangrijke mate beïnvloed door de kosten van zorg aan onze inwoners. Dit resulteert in de najaarsnota 2021 in een tekort binnen programma 5.
Bij de jaarrekening 2019 is geconstateerd dat de begroting op de posten jeugd en wmo structureel te laag was, ten opzichte van de uitgaven. Hierop is in de voorjaarsnota 2020 bijgeraamd naar het uitgaveniveau van 2019. Bij de jaarrekening 2020 werd echter zichtbaar dat ondanks deze bijraming sprake was van een tekort op het sociaal domein. Ook op dit moment zien we dat de huidige begroting lager is dan de uitgaven die we aan Jeugd en Wmo zorg verwachten. Op basis van de huidige toegewezen zorg is een prognose opgesteld voor het jaar 2021. Deze prognose vormt ook de basis voor het begrotingsjaar 2022 en het meerjarenperspectief.
De uitgaven aan zorg voor Wmo en jeugd blijven enigszins stijgen, maar dit is niet op zichzelf de reden voor het begrotingstekort. Het tekort ontstaat doordat we zien dat ook na 2019 de begrootte bedragen nog altijd lager zijn dan de werkelijke uitgaven. Daarnaast is de bijraming van de voorjaarsnota 2020 per abuis niet overal structureel opgenomen in de begroting. Dit is aan het licht gekomen door de verbeterslag die is gemaakt, volgend op het raadsbesluit ‘Prioriteren en faseren van bestuurlijke ambities’ van 10 juni 2021.
Financiële ontwikkelingen
| Omschrijving mutatie 5.1 - Onderwijsbeleid |
| Bedrag: 118.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - Zowel bij Voorschoolse Educatie als bij de Kinderopvangtoeslag worden er lagere lasten verwacht dan begroot. Dit is vermoedelijk een gevolg van Corona. |
| Omschrijving mutatie 5.2 - Cultuur en monumenten (Vastgoed) (K) |
| Bedrag: -/- 30.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - Dit betekent een afschrijving ineens van het in 2020 gerealiseerde oorlogsmonument. |
| Omschrijving mutatie 5.3 - Subsidie Versa |
| Bedrag: -/- 88.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - Eind 2020 hebben Versa en de gemeente samen gewerkt aan een bestuursopdracht. Dit was nodig om meer focus aan te brengen aan de activiteiten van Versa. Deze opdracht is betrokken bij de subsidieverlening van Versa voor 2021. De taken die op pilotbasis werden uitgevoerd, waaronder het Automaatje, zijn structureel onderdeel geworden van de subsidie aan Versa. Bij het opstellen van de begroting 2021 was de aanpassing in de subsidie van Versa nog niet bekend. Daardoor is er minder begroot voor 2021 dan de toegekende subsidie aan Versa. |
| Omschrijving mutatie 5.4 - Kosten regio G&V en diverse overige verschillen |
| Bedrag: 15.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - Dit betreft het saldo van diverse kleine afwijkingen ten opzichte van de begroting bij meerdere onderdelen van programma 5. |
| Omschrijving mutatie 5.5 - Participatiewet uitkeringslasten en loonkostensubsidies |
| Bedrag: 53.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - De aantallen cliënten in de bijstand zijn in 2021 lager dan verwacht bij het maken van de begroting. Bij de loonkosten subsidies is de begroting niet voldoende opgehoogd naar het niveau van de werkelijke uitgaven. |
| Omschrijving mutatie 5.6 - Participatiewet BUIG uitkering van het Rijk |
| Bedrag: 100.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - Het definitief toegekende BUIG budget van het Rijk is hoger dan begroot. |
| Omschrijving mutatie 5.7 - Uitvoering BBZ regeling |
| Bedrag: 52.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - De financiering van de BBZ regeling is in 2020 ingrijpend gewijzigd. Deze informatie kwam te laat beschikbaar om in de begroting 2021 verwerkt te kunnen worden. Een gedeelte van de BBZ uitkeringen wordt nu verantwoord bij de Participatiewet. Het effect van de beeindiging van de TOZO regeling per 1 oktober 2021 op de BBZ zal in 2021 nog beperkt zijn. |
| Omschrijving mutatie 5.8 - Minimabeleid en Schuldhulpverlening |
| Bedrag: 76.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - Vanwege Corona is de subsidie voor het Jeugdsport- en cultuurfonds in 2021 niet beschikt. Er worden lagere lasten bij de kwijtschelding belastingen, meerkosten chronische zieken en de kredietbank verwacht. De uitgaven voor bijzondere bijstand stijgen licht ten opzichte van 2020 en zullen naar verwachting hoger uitvallen dan begroot. Voor de kwijtschelding van belastingen voor met name afvalstoffenheffing en hondenbelasting is een budget geraamd van € 80.000. De feitelijke kwijtschelding over 2021 bedraagt € 55.000. Belastingplichtigen met een automatische vrijstelling worden niet voor dit onderdeel aangeslagen. Zie ook programma 3 bij afvalstoffenheffing. |
| Omschrijving mutatie 5.9 - Uitvoering WSW en Beschut werk |
| Bedrag: 59.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - De lagere uitkering van het Rijk voor de uitvoering van de WSW (verwerkt in de algemene middelen) resulteert ook in lagere lasten bij de uitvoering WSW. |
| Omschrijving mutatie 5.10 - Arbeidsparticipatie |
| Bedrag: -/- 59.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De kosten voor scholing en activering waren nog niet opgenomen in de begroting 2021. Daarnaast worden er hogere lasten voor re-integratie activiteiten verwacht. |
| Omschrijving mutatie 5.11 - WMO Hulpmiddelen en woonvoorzieningen |
| Bedrag: -/- 160.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De begroting voor deze posten is na de jaarrekening 2019 niet voldoende opgehoogd naar het niveau van de werkelijke uitgaven. Er is geen toename in de realisatie van deze posten ten opzichte van 2020. |
| Omschrijving mutatie 5.12 - WMO PGB en Eigen bijdrage |
| Bedrag: -/- 270.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De begroting op deze posten is na de jaarrekening 2019 niet voldoende opgehoogd naar het niveau van de werkelijke uitgaven en inkomsten. Er is geen toename in de realisatie van deze posten ten opzichte van 2020. |
| Omschrijving mutatie 5.13 - WMO maatwerkvoorzieningen |
| Bedrag: -/- 160.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De begroting voor het doelgroepenvervoer Wmo is na de jaarrekening 2019 niet voldoende opgehoogd naar het niveau van de werkelijke uitgaven. Er is geen toename in de realisatie van deze post ten opzichte van 2020. De lasten voor huishoudelijke hulp stijgen wel ten opzichte van 2020 als gevolg van de aanhoudende aanzuigende werking van het abonnementstarief. |
| Omschrijving mutatie 5.14 - Jeugdzorg PGB |
| Bedrag: -/- 200.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De begroting op deze post is na de jaarrekening 2019 niet voldoende opgehoogd naar het niveau van de werkelijke uitgaven. Er wordt ook een stijging verwacht in de realisatie ten opzichte van 2020. |
| Omschrijving mutatie 5.15 - Jeugdzorg maatwerkvoorzieningen |
| Bedrag: -/- 72.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De lasten voor de Jeugdzorg stijgen nog licht door ten opzichte van 2020 en worden hoger verwacht dan begroot. |
| Omschrijving mutatie 5.16 - Kinderopvang SMI |
| Bedrag: -/- 31.000 euro (I) (N) |
| Toelichting - De begroting op deze post is na de jaarrekening 2019 niet voldoende opgehoogd naar het niveau van de werkelijke uitgaven. Er is geen toename van het aantal gebruikers ten opzichte van 2020. |
| Omschrijving mutatie 5.17 - Onderwijshuisvesting |
| Bedrag: 75.000 euro (I) (V) |
| Toelichting - De kapitaallasten bij dit programma zijn per saldo € 75.000 lager dan geraamd. Op investeringen wordt afgeschreven vanaf het jaar na gereedkomen of ingebruikname. Afschrijving op IKC Loosdrecht start in 2022 in plaats van 2021. |