Begroting 2022 Gemeente Wijdemeren

Uitgangspunten

Bij het samenstellen van de meerjarenprogrammabegroting 2022-2025 zijn onderstaande uitgangspunten gehanteerd.

Afrondingsverschillen

In de tabellen van deze financiële begroting kunnen door afronding verschillen ontstaan

Toerekenen rentelasten

Rentelasten van langlopende geldleningen en kort opgenomen geld (kasgeld en rekening-courant) zijn door middel van het rente-omslagpercentage door berekend aan investeringen. Sinds 2013 worden de rentelasten niet meer toegerekend aan grondexploitaties, tevens wordt geen rente toegerekend aan investeringen die zijn betaald uit de eigen financieringsmiddelen (reserves) van de gemeente. Bij de berekening van het omslagpercentage zijn de onderstaande waarden aangehouden:

  • Langlopende leningen Percentages op basis van afgesloten contracten
  • Nog af te sluiten langlopende leningen Percentages op basis van verwachte tarieven uitgaande van augustus 2021
  • Kort opgenomen geld Op basis van tarieven augustus 2021.

Inflatie

Bij de heffingen en legesopbrengsten is rekening gehouden met een inflatie voor 2022 van 1,5%. De indexcijfers zijn gebaseerd op het in de meicirculaire van het Rijk opgenomen percentage. Ook voor de jaren na 2022 is in deze begroting uitgegaan van 1,5%. Dit uitgangspunt is bepaald vaststelling van het meerjarenperspectief in de voorjaarsrapportage 2021.

Personeelslasten

Basis voor de berekening van de lonen is de afgesloten cao voor gemeenteambtenaren die een looptijd heeft tot 31 december 2020. Een nieuwe cao voor 2021 en verder is er nog niet. Voor een prognose van de lonen wordt in de begroting rekening gehouden met een stijging van 1% over 2021 en 1,5% voor 2022. Daarnaast stijgen de pensioenpremies voor de werkgevers met ingang van 2021 met 1,5% gestegen.

Opleidingsbudget ambtelijk apparaat

Het budget voor scholing en opleiding is, gelijk aan de raming 2020 en 2021, geraamd op 1,5% van de loonsom.

Toeschrijven apparaatskosten

Apparaatskosten zijn toegerekend aan programma’s, taakvelden en grondexploitaties.

Lokale heffingen

Onroerende en roerende zaakbelasting

De onroerendzaakbelasting is in het belastingjaar 2021 verhoogd met 13,5%, zijnde 1,5% inflatiecorrectie en 12% tariefstijging, het percentage van de tariefstijging is gecorrigeerd met de berekende gemiddelde waardeontwikkeling van het onroerend goed in de gemeente. Voor 2022 wordt het tarief verhoogd met 1,5%. Ook hier geldt dat het tarief voor de omslagheffing zal worden gecorrigeerd met de berekende gemiddelde waardeontwikkeling. Een betrouwbaar beeld is beschikbaar in november. De omslagheffing 2022 zal daarna worden bepaald.

Rioolrecht

De rioolheffing is gelijk aan 2021, ook voor 2022 vastgesteld op € 235,00.

Afvalstoffenheffing

Op begrotingsbasis wordt bij de afvalstoffenheffing uitgegaan van 100% kostendekkendheid. Bij deze heffing worden ook de kosten van kwijtschelding in de tarieven betrokken. De werkzaamheden worden door de GAD uitgevoerd in regionaal verband. Het tekort van de GAD is voor 2022 sterk toegenomen door enerzijds lagere opbrengsten uit verkoop van grondstoffen en anderzijds door structureel hogere lasten van inzameling, verwerking en transport. Dit heeft tot gevolg dat de tarieven t.o.v.2021 met ca. 12,5 % stijgen om kostendekkend te kunnen zijn.

Hondenbelasting

De opbrengsten zijn gebaseerd op de voorlopige realisatie 2021. De raming van de opbrengst 2021 wordt verhoogd met 1,5%.

Forensenbelasting

Zie de toelichting bij de paragraaf lokale heffingen. Het tarief voor de forensenbelasting wordt met 100% verhoogd t.o.v. de tarieven 2021.

Toeristenbelastingen

Zie de toelichting bij de paragraaf lokale heffingen. Het tarief van de toeristenbelasting is verhoogd van € 1,25 naar € 3,00 (+140%). De diverse tarieven voor de watertoeristenbelasting zijn daaraan gekoppeld. De opbrengsten zijn op basis van de opbrengsten van afgelopen drie jaar geraamd en vervolgens verhoogd met eerder genoemde 140%.

Begrafenisrechten

Bij de raming van de begrafenisrechten wordt uitgegaan van een zo hoog mogelijke kostendekkendheid. Het is duidelijk dat de mate van kostendekkendheid vooral beïnvloed wordt door het aantal begrafenissen. In 2021 zijn de tarieven verhoogd met 13,5%. Voor 2022 worden de tarieven verhoogd met de inflatiecorrectie van 1,5%.

Wabo-leges activiteit ‘bouwen’

Op 1 juli 2022 wordt de omgevingswet ingevoerd. De invoering zal leiden tot een wijziging van de legesverordening en een mogelijke afname van de legesopbrengsten. Aanvragen van vergunningen van voor de inwerkingtreding van de wet worden onder het oude regime behandeld en afgerekend. In ieder geval tot 1 juli wordt de legesverordening, zoals de afgelopen jaren van toepassing is geweest, voortgezet. De tarieven worden verhoogd met 1,5% ten opzichte van de begroting 2021. In het eerste half jaar 2022 zal een aangepaste legesverordening, volgend uit de nieuwe omgevingswet, worden vastgesteld.

Overige leges

Deze zullen voor 2021 met 1,5% worden verhoogd, gelijk aan de verwachte inflatie.

Naar overige onderdelen